in 1914 werd in Sarajevo de Oostenrijks-Hongaarse prins Frans Ferdinand vermoord door een nationalist. De moord veroorzaakte veel opstand in Europa. In enkele weken zat heel Europa in een oorlog door het spel van militaire allianties. Er stonden twee verschillende kampen centraal bij de eerste wereld oorlog, je had het centrale keizerrijk wat bestond uit Duitland en Oostenrijk-Hongarije. En je had het “Entente” wat bestond uit Frankrijk, Groot-Brittannië, Rusland en Servië. De eerste gevechten braken uit in de herfst en Frankrijk verdedigde het zuidelijke deel van de frontlijn.
De oorlog werd al snel een stellingen oorlog. Ook was de oorlog heel anders als oorlogen voorheen aangezien een variatie aan nieuwe wapens geïntroduceerd werd zoals de machinegeweren en gifgas. De duur van de oorlog zorgde voor een verstoorde maatschappij door het Europa. Om de oorlog vol te houden moest de industrie zorgen voor massale productie van producten voor het militaire legen, maar moest tegelijkertijd ook de burgers voorzien van spullen. Hierdoor waren ze verplicht om de vrouwen op te roepen om mee te werken, aangezien het anders niet mogelijk was om alles de produceren. De oorlog had niet alleen invloed op de industrie maar ook op de economie van de landen. De staat van Frankrijk moest vanwege het groot aantal uitgaven de inkomsten versterken en deden meer leningen.
Uiteindelijk kwam de oorlog in 1917 tot een einde door twee verschillende gebeurtenissen. Als eerst kwamen de Amerikanen helpen op het westelijke front waardoor het westelijke front sterker was dan ooit te voren. Ook kwam er een einde aan omdat in Rusland zich een revolutie afspeelde die een einde maakte aan de oorlog tussen Rusland en de andere landen.
Op 10 mei in 1940 valt Duitsland verschillende landen binnen, waaronder Frankrijk en Nederland. Nederland geeft zich vijf dagen hierna over maar Frankrijk trekt zich pas later terug. Op 5 juni begint het Duitse leger met de zogenaamde “Wehrmacht” ofwel een grote aanval op Frankrijk. Ze bezetten door deze aanval Parijs waardoor veel bewoners en regeringsleden uit de stad moeten vluchten. De Franse premier en het leger verliezen het vertrouwen van het volk en de premier besluit om af te treden, er is al snel een opvolger genaamd Philippe Pétain. Duitland weet Frankrijk niet helemaal te bezetten, ten zuiden van de Franse frontlijn is er namelijk een nieuwe regering ontstaan onder de nieuwe premier genaamd “Vichy regime”. Dit nieuwe deel werkt samen met de Duitsers. Veel Fransen sluiten zich niet aan bij de beslissing en vluchten naar een ander land of gaan in verzet.
Een belangrijk moment tijdens de tweede wereldoorlog was de slag met de sikkel.
De Fransen troepen trekken naar België om daar het leger te helpen met de oorlog. Wat ze niet wisten is de Hitler en generaal Manstein dit van te voren wisten en een val hadden opgezet van het Franse leger. Ze probeerde de Franse en Britten naar het noorden te lokken door een aanval vanuit Nederland en België. De hoofdaanval kwam daarna alleen niet uit het noorden maar uit Noord-Frankrijk. Hierdoor raakte de troepen ingesloten, het was een van de grootste militaire verliezen van Frankrijk.
Een belangrijk deel van de bevrijding heeft te maken met Normandië in Frankrijk. Hier landen in de nacht van 5 op 6 juni namelijk wel 23.000 Geallieerden met parachutes. Er liggen ook meer dan 6000 schepen voor de kust. De Geallieerden hebben bommen meegenomen en komen uiteindelijk aan met meer dan 3 miljoen soldaten en 2 miljoen ton aan spullen, er vallen veel doden tijdens de invasie van Normandië. Op 25 augustus 1944 word eindelijk Parijs bevrijd van het Duitse verzet. De eerste tanks rijden binnen en na een aantal gevechten wordt de Duitse generaal gevangen genomen en weggereden uit de stad. De Franse generaal De Gaulle komt naar buiten bij het stadhuis en zegt de beroemde woorden “Paris outragé!, Paris brisé!, Paris martyrisé!, Paris libéré!.
